Volker Türk, assistent van de Hoge Commissaris voor bescherming, pleit voor meer steun aan de ontheemde volkeren in de staat van Rakhine waar meer dan een miljoen mensen leven, in twijfel over hun burgerschap. Een grote groep bestaat uit de verjaagde Rohingya minderheid, dat in het noorden van het land verblijft na te zijn gevlucht van vervolging en etnische zuiveringen in Birma.

De staat van Rakhine is één van de meest onontwikkelde plekken van Myanmar. De staat kampt met verschillende vluchtelingen en heeft meer dan een miljoen mensen die geen uitzicht hebben op een paspoort of verblijfsvergunning. Deze groep wordt hard geraakt door restricties opgelegd op vrij reizen, zorg, educatie en levensonderhoud.

Volker Türk bezoekt de Rohingya.

Volker Türk bezoekt de Rohingya.

Volker Türk is persoonlijk de 140.000 Rohingya moslims in de Rakhine staat gaan bezoeken nadat ze 3 jaar geleden uit hun thuisland zijn verdreven. De leiders van de noordelijk gelegen stad Maungdaw vertellen dat de mensen op dit moment goed met elkaar kunnen omgaan vanwege de lange aanwezigheid van Rohingya moslims door de jaren heen.

Tijdens het breken van het Ramadan vasten vertelt een Rohingya leider het volgende: ‘’We leven al met elkaar nog voor het bestaan van de stad Maungdaw’’. Een vertegenwoordiger van de Rakhine staat knikt bevestigend.

Een autorit van een uur net buiten de stad heeft Volker Türk doen verbazen. De restricties opgelegd door de overheid aan de Rohingya heeft ervoor gezorgd dat basis behoeften als onderdak, voedsel en water moeilijker te verkrijgen zijn. Onderwijs voor de moslim minderheid is ook onmogelijk gemaakt. De enige universiteit in de staat is ontoegankelijk en verboden voor de Rohingya minderheid.

Volker Türk heeft verschillende gesprekken gehad met meerde parlementariërs en ministers om hen te waarschuwen voor de erbarmelijke omstandigheden waarin de mensen van Rohingya terecht zijn gekomen na te zijn gevlucht in kleine boten vanuit Birma. Hij beklemtoonde dat er moet worden samengewerkt tussen verschillende bevolkingsgroepen en de overheid om zo een samenleving te vormen die in vrede leeft en waar iedereen en dus ook de Rohingya minderheid, de vruchten van kan plukken.